Samen met Helena in de auto tussen school, hockeytraining en zwemles door maak
ik een lied. Het refrein hebben we al snel voor elkaar en dat zingen we luid.
Niemand kan ons horen. Bij de stoplichten zullen hoogstens wat andere
automobilisten het hoofd opzij draaien en denken dat we een dagje vrij hebben.
Het kan mij weinig schelen en Helena is zeven; die is nog niet zo erg met trots
en schaamte bezig.
“Het leven is mooi, het leven is fijn,
En dat kom
allenig maar omdat ik bij jou mag zijn.
Als jij er bent, dan schijnt de
zon,
´k wou dat ik altijd bij jou zijn kon”.
Het is zaak om nu wat aardige
coupletten te maken, waarin geschetst wordt hoe beroerd het leven kan zijn, maar
dat het toch allemaal wel erg meevalt als je gezellig bij elkaar zit in een
restaurant om te lunchen en daar met krijtjes samen het witte papier rond je
bord in een kunstwerk verandert. Wij doen allerlei pogingen om geestige
tegenslagen te bedenken die we dan onschadelijk maken met onze gezamenlijke
rijmpogingen.
Op vrijdag wil je afspreken met de meisjes uit je klas, maar
bij het hek zie je je opa en je weet dat het niet kan omdat je met hem mee moet,
maar ja hij neemt je dan mee naar de beste lunchplek en je mag bestellen wat je
wilt. Als je met je hockeystick op het veld staat, en het is koud en de regen
stroomt omlaag, dan valt het mee omdat aan de zijkant je opa staat, die denkt
dat jij de beste bent.
Heb ik zelf ook nog wat? Eind december nadert en het
is bijna drie maanden geleden dat ik die buikprik heb gekregen. Moet ik nu een
PSA laten doen om te zien of de prostaatkanker zich koest houdt? En wat zal de
uitslag me vertellen?
De bijwerkingen van de buikprik, wat moet ik er toch
mee? Ik word wat zwaarder, val vaker dan ooit in slaap op momenten dat het niet
uitkomt en soms zie ik het somber in terwijl ik altijd de leukste van de klas
heb proberen te zijn. Maar het lijkt allemaal erger dan het is.
Mijn rondje
door het bos. Ik probeer het nog altijd te rennen. Zeven keer per week haal ik
niet meer, maar twee of drie keer wel. En het geeft niet of ik het helemaal
rennend af kan leggen. Gewoon lopen is toch ook prima. In de Verenigde Staten
slaagt maar een kwart van de bevolking erin om in een week tien minuten
achtereenvolgend te lopen. Ik doe het dus een stuk beter.
En zal de zorg voor
onze moeders die vergeten zijn wat er gebeurd is in hun leven en er een verhaal
van hebben gemaakt waarin je je eigen herinneringen niet meer herkent ooit
minder worden? Zal de eenzaamheid van het ouder worden waar je telkens getuige
van moet zijn later ook je eigen leven stuk maken, zodat je niet verder wilt?
Wel nee, want ik heb Facebook.
En zal de stress, die als een gemeen zuur
stiekem knabbelt aan de gouden randen van het leven ooit verdwijnen en niet als
je ´s nachts naar de WC bent geweest je wakker houden tot je uit bed moet? Nee,
want ik ga dan toch gewoon naar mijn computer en bekijk de foto´s die ik gemaakt
heb op de momenten dat de zon opkwam en alles even mooi leek.
Voor
sinterklaas hebben we voor Katelijne een wandelwagentje gekocht zodat ze met
haar babypop op stap kan gaan. Voor Helena hebben we een microfoon op een
standaard gekozen. Er zit een knopje bij waardoor je ook nog enthousiast applaus
krijgt voor je optreden. Het paste niet in een schoen. We hebben het ernaast
gezet.
De cadeaus moeten natuurlijk uitgeprobeerd worden. Helena zet haar
microfoon aan en zingt ons lied. Coupletten zitten er eigenlijk niet bij, want
uiteindelijk konden we geen dingen bedenken die erg genoeg waren om over te
zingen. Daarom doen we gewoon tien keer het refrein: “Het leven is mooi, het
leven is fijn, En dat kom allenig maar omdat ik bij jou mag zijn. Als jij er
bent, dan schijnt de zon, ´k wou dat ik altijd bij jou zijn kon”.
Recent Comments