‘It hurts to be human, it hurts like hell. And all the exploring in the world does not help to get this hurt go away, because we are human, and human and hurt are the same damned thing.’ Zo’n zin en daarom hard lachen, dat is fijn. Als trouwe Netflixgebruikers ontdekten we de humoristische serie The Kominsky Method vorig jaar en raasden in een paar avonden door alle afleveringen met Michael Douglas en Alan Arkin in de hoofdrollen heen. Twee ouder wordende mannen. De één is een acteur op zijn retour die wanhopig vast houdt aan wie hij ooit was. De vrouwen en filmrollen zijn verdwenen, maar zijn oude Mercedes en leren jack heeft hij nog. De ander is diens impresario en schatrijk maar net weduwnaar geworden.
Het moet heerlijk zijn om zulke karakters te verzinnen, uit te werken en de dialogen voor zo’n serie te schrijven. Het leven is om veel te lachen, want wie dat doet blijft gelukkig. Maar als er niet meer zo veel te lachen valt, wat moet je dan nog? De schaterlach maakt plaats voor de bescheiden glimlach, die bang is te voorschijn te komen omdat de seizoenen te snel wisselen en je voor je het doorhebt de helft van je leven vergeten bent omdat je hersenen het niet meer vast kunnen houden. Je leeft met de paradox dat je blij bent met elke dag dat je nog leeft, maar ook weer een dag dichter bij de dood bent.
Ja, er kan van alles gebeuren. Je kan op een dag horen dat er een bloeduitslag is die je leven verandert en de dokter begint dan ineens te praten in een heel andere taal. Was het voordien zijn belangrijkste taak je gerust te stellen met woorden die hoop gaven, na de schaduw op de scan, na de verhoogde PSA is het ineens kanker en kwel. Weg zijn de woorden die je wijzen op het tijdelijke van je lichamelijke euvel of je troosten met iets dat je leven lang je metgezel zal zijn als je maar doet wat de dokter je voorhoudt, minder zout, meer bewegen, afvallen zodat je knieën je nog kunnen dragen. Er is geen ‘dat gaat vanzelf weer over’ meer. Nee, iedereen weet dat het K-woord zich verhoudt tot de dood zoals kerstbomen tot de winter, zoals de rode mijter tot gekrakeel over het belang van het zwartepieterfgoed, zoals krokussen tot het voorjaar, zoals ‘neem nog een glaasje’ tot gelukkig zijn. Allemaal reflexen die we ingebouwd hebben en die mede ons leven en welzijn bepalen.
Deze week zag ik een tweet van een boze Amerikaanse oncoloog die schreef dat het de hoogste tijd wordt om bij een kwaadaardige tumor wat meer woorden te ontwikkelen dan alleen kanker. De ene kanker is immers de andere niet, maar dat maakt in de communicatie niet uit, want de zes letters doen hun ondermijnende werk zeer effectief. Maar pancreaskanker is echt iets heel anders dan prostaatkanker, en fase 1 kanker is zo verschillend van fase 3 kanker als een requiem van een eulogie. Het woord is in een seconde uitgesproken, maar het kost maanden voordat het in perspectief geplaatst is en bovendien blijft toch altijd de angst. Het schuurt elke dag een beetje meer of minder, want je mag dan de namen van je eerste vrienden en vriendinnen vergeten zijn het woord kanker blijft altijd.
Ik snap het wel een beetje. Iedereen in de zorg vindt dat je eerlijk moet zijn en een ontsteking een ontsteking, een verkoudheid een verkoudheid en kanker kanker moet noemen, maar stop er wat creativiteit in. Iets uitleggen over de pech dat er mutaties ontstaan in het erfelijke materiaal en dat die pech wordt bepaald door de omstandigheden waarin we leven, want het gebeurt niet bij iedereen. De cellen in een orgaan beginnen daardoor een winkeltje voor zichzelf en bij de een ontwikkelt zich dat in onbarmhartig tempo en bij de ander komt pas vele jaren later een bordje voor het raam te hangen met daarop ‘wegens omstandigheden gesloten’.
Pas zag ik een uroloog die het fantastisch deed. Kominsky uit de Netflixserie moet erg vaak plassen en zijn dochter vindt dat hij eens naar een uroloog moet gaan. In de volgende scene trekt Dokter Danny DeVito met zichtbaar leedvermaak zijn latex handschoenen aan. Michael Douglas kijkt benauwd en DeVito beweegt zijn vingers vrolijk open neer en zegt ‘these complete you’. Vervolgens legt hij uit dat als je veel pech hebt prostaatkanker een tijger is, als het meevalt een kat waar je betrekkelijk weinig last van hebt en dat het ook mogelijk is dat je een poes die alleen maar snort in je lichaam hebt, maar die misschien aan het slot van je leven zorgt dat de deur voorzichtig wordt gesloten, maar de naam kanker niet verdient. Ik kijk uit naar de volgende jaargang van The Kominsky Method. Hoe zal het verder met Michael Douglas gaan? Ik zou willen dat ik mee mocht schrijven, want ik weet ondertussen veel over de tijger, de kat en de poes.
Wat een mooie vergelijking Ivan…Kanker kan een Tijger een een kat of een poes zijn.Het lijden ondergaan we op onze leeftijd allemaal in mer of mindere mate. Ik als net het boekje van Tommy Wierings Een mooie jonge vrouw. Het gaat over een 14 jaar oudere man, viroloog die vivisectie pleegt op dieren. Vaak heel smartelijk…en hij vergelijkt de pijn van de dieren met de pijn van een mens. Hij komt tot de conclusie dat dieren ook pijn leiden en wij mensen ook alleen wij kunnen er over nadenken. Jij doet dat op een mooie, indringende, dierbare menselijke wijze! Carpe Diem Ivan. Je hebt een hekel aan negeren dat schreef je me na mijn recensie op je grootse boek ‘Broer van God’. Heel veel sterkte en liefde Ivan!
Taco Hug!
Tijger, kat of poes
9 levens
de sprongen in het nauw
uitgedeeld
of in de zak
levert zomaar
een kater
op.
Eindigen
kan het.
Eindigen
zal het.
Maar de krassen
op papier,
laten
een uitwisbaar
spoor.
Zolang jij
de nagels
uitslaat,
laat jij ons
niet los,
laten wij
je niet gaan.
Briljant geschreven Ivan…chapeau voor het licht dat je brengt in de duisternis van het bestaan waarin de enige echte zekerheid die we hebben zo pijnlijk hard kan zijn!