Tuinieren maakt me niet gelukkig. Af en toe moet het, maar het is alleen verdraagbaar als ik tijdens het snoeien van de laurier zinnen kan bedenken om een tekst die ik wil schrijven mee te beginnen. Onderhoud aan mijn huis doe ik liever niet omdat ik nooit een passie ontwikkelde voor kruiskop of schropzaag. Bij voorkeur laat ik me meevoeren in een stroom woorden die me leidt naar plaatsen waar ik het bestaan nog niet van ken. Schrijven is een ontdekkingstocht waarbij je niet gestoord wilt worden.
Door het raam van mijn werkkamer zie ik Marion bezig met hark, schoffel en snoeischaar en besef dat ik haar moet bijstaan. Ze heeft gelijk als ze zegt dat we ons de moeite hadden kunnen besparen stenen paden door de tuin aan te leggen, als we het vervolgens laten overwoekeren door wilde grassoorten. En de oprijlaan is als een wasstraat voor vieze automobielen, er doorheen rijdend vleien de breed uitgedijde rododendrons zich intiem om het vervoermiddel en vegen het ergste vuil ervan af. Er moet echt iets gebeuren.
Na een wanhopige blik op de kruiwagen te hebben geworpen, zeg ik “Die band is zacht. Ik rijd even naar de garage om hem op te laten pompen”. In de auto voel ik me gelukkig en denk uitsluitend aan de alinea waarin ik ben blijven steken
Als ik terugkom is de laag mos en gras waardoor de paden verdwenen zijn er nog steeds. Hoe kan ik dat probleem snel oplossen en me weer in mijn verbeelding terugtrekken? Ik zie wel eens mensen in hun tuin bezig met een machine waarbij een kort touwtje razendsnel ronddraait en daarbij het gazonnetje glad strijkt. “Ik ga even naar de winkel,” zeg ik tot mijn lief en terwijl ik naar het tuincentrum rijd verdwijn ik weer in mijn zich ontwikkelende tekst.
Trots keer ik terug met wat ik beschouw als een elektrische zeis. Je zwaait het toestel vrolijk van links naar rechts heen en weer en het nylon draadje doet de rest. Een wonder. Een half uur later weet ik dat het een miskoop is. Mijn armen worden loodzwaar en doen pijn, ik schiet niet op en tot overmaat van ramp ga ik met de autozeis over mijn blote voeten. Dat draadje doet zijn werk hoor. Er komt veel bloed uit de rode sneden in mijn linker grote teen.
Ze hoeft het niet te zeggen en ik heb spijt dat ik ‘au’ heb geroepen waardoor Marion weet hoe stom ik ben geweest. Het excuus dat ik zo snel mogelijk verder wil met het verrijken van de Nederlandse literatuur door het leven van een prostaatkankerlijder te beschrijven, geldt vandaag niet. Pleister erop en schoenen aangetrokken. Mij kan niets meer gebeuren, maar ineens is het draadje verdwenen en kan ik zwaaien met de machine wat ik wil, het gras op de paden wordt niet korter. Waar kan het gebleven zijn?
Er zit een gebruiksaanwijzing in de doos. Als ik die pak zie ik dat de machine die me zo handig had geleken een naam heeft: ‘grastrimmer’. Ik lees “Verwijder de scherpe schijf, druk enkel twee uitsluitend apparatenbinnenste en neem het.” Daar stopt de zin. Het vervolgt met “Zet dan een nieuwe koordrol in de groef, leg de draadspoel in de uitsparing.” Dit gaat mij ver boven de pet en na enkele pogingen gedaan te hebben mijn trimmer weer aan de praat te krijgen ga ik geërgerd naar de winkel terug.
“Luister,” zeg ik. “Ik kan uw Chino-Nederlandse instructies niet volgen. Ik zou een andere trimmer met leesbare gebruiksaanwijzing willen of als u die niet bezit eis ik dat u wanneer ik hier de deur binnenkom u razendsnel op me afrent om hem te repareren zodat ik snel verder kan met mijn strijd tegen het steengras.” Mijn ironie is aan de man verspild en hij zegt verontwaardigd dat het tuincentrum niet verantwoordelijk is voor klanten die te onhandig zijn om hun tuinapparatuur te gebruiken.
Verslagen rijd ik terug naar huis en vraag aan Marion of we samen uit eten kunnen gaan. Gelukkig is het de volgende dag ‘hari tjoetjoe’ waarin elke minuut voor onze kleindochters is en zijn we gedurende de dagen daarna in Vlissingen vanwege het filmfestival Film by the Sea. Ver weg van het onkruid, maar ook van mijn schrijfarbeid. Al snel is al het kleine leed vergeten en zelfs dat ik dacht dat ik schrijver was.
Teruggekomen na wat films, strandwandelingen en oesters denk ik na wat ik eens zal gaan doen. In schrijven heb ik geen zin. De flow is verdwenen en ik betwijfel of er wel iemand geïnteresseerd is in mijn belevenissen. Ik kijk rond en denk “Goh, die tuin”. Misschien kan ik nog wat snoeiwerk doen, want niet alleen worden onze paden overwoekerd door hellegras, maar de hedera groeit door de luchtroosters ons huis in, de bomen beroven ons van de zon en de struiken vleien zich tegen de ramen zodat we het licht moeten ontsteken om overdag te kunnen lezen.
In de garage zoek ik naar de elektrische snoeimachine. Daar staat hij – te weinig gebruikt – naast de elektrische bladblazer, de hogedrukspuit – twee keer gebruikt – allemaal machines die ik in een opwelling kocht om de tuin te temmen als ik liever schrijf.
Terwijl ik het apparaat laat zoemen ga ik de strijd aan met de natuur. Ik ben de prins die Doornroosje wil redden en zich een weg slaat door de struiken naar zijn geliefde om haar maagdelijkheid als geschenk te ontvangen. Het is een belangrijk thema in de literatuur besef ik. Mens en natuur. Ik wil haar mijn orde opleggen, de chaos tegengaan, de wanorde die ons uiteindelijk de baas is, niet alleen buiten ons lichaam maar juist ook binnen in mijn lijf, straffen. Met die kleine gemene ontspoorde celletjes, de onoverwinbare virussen, de krachten die het begeven. De natuur wint altijd van de mens. De kernen van mijn kankercellen worden steeds rommeliger en doen hun eigen zin. Elke dag slik in mijn pilletjes, om de drie maanden laat ik mijn bloed controleren en vier keer per jaar ontvang ik een prik in mijn buik, maar de natuur heeft geduld. Wat ik ook doe, we stevenen af op de dag dat wanorde gewonnen heeft. Dan zijn we verdwenen en heeft de chaos gewonnen. De oude Grieken wisten al dat voor de menselijke cultuur begon er alleen chaos was en dat de mens de taak heeft die haar wil op te leggen met strakke paden, huizen die niet lekken en woorden die onze gedachten ordenen.
Wat zal er gebeuren als we de woorden niet meer hebben om elkaar nog iets zinvols te vertellen? Om de hoek verschuilen zich de woordenlozen, de radelozen, en zij die het zwijgen is opgelegd. In de coulissen staan de tot de terroristen van de eenzijdige gedachten en de ophitsers met hun lelijke slogans klaar om alles af te breken.
Verdorie, wat doe ik hier nog in die tuin? Ik moet naar binnen gaan om te schrijven. Het gebruik van de pen gaat me nu eenmaal beter af dan mijn gestuntel met de tenenetrimmer.
Ha daar is weekboek 38…met het zeer herkenbare trimmerleed. Verademing, niet bezig met mijn chaos maar even dit ‘stukje’ lezen.
Er is onbeheersbaarheid, vergangkelijkheid en onbevredigendheid. Cf de Buddha
Wat weer een pareltje
Mooi Ivan X
Waar is week 37 ? Het zou de eerste keer zijn, dat er een week ontbreekt in de reeks (vanaf week 9, 2003)
Het ging me ook aan mijn hart, maar meestal schrijf ik op donderdag, maar die dag werd geslachtofferd aan tuinwerk. Het ging eigenlijk precies zoals ik in mijn blog beschreef en hoewel ik van alles in mijn hoofd had, vielen mijn plannen om even wat tijd te reserveren om te schrijven in het water. Uiteindelijk legde ik me erbij neer dat ik voor de eerste keer een dag moest overslaan.
Een puntje winst voor de chaos dus.
Ik was even bang, dat het niet goed ging met je.
A.s. Vrijdag krijgen wij de uitslag van de 16 puncties die gisteren bij mijn mangemaakt zijn,hou hem steeds voor kijk naar ivan,hij leeft al jaren met de ziekte en hoe!door jouw weten we het een en ander over prostaatkanker maar deze week ga ik het éénen ander nog eens nalezen,hopelijk voor niets.fijn weekend jullie.
Ik vroeg me ook af wat de oorzaak was vh gemis. Gelukkig was je bezig met onbegrijpelijke teksten in handleidingen; niet amusant maar ook niet heel bedreigend. Ik heb genoten van je poëtisch stuk.
Je bezit nogal agressief tuingereedschap!
Maar hoe is ‘t nu met de tuin??? Toch maar een gardenier erbij geroepen?
Altijd weer fijn om te lezen en hopelijk blijft dat nog heeeeel lang zo…
moet een fijn gevoel zijn dat mensen je echt missen als je het schrijven een week overslaat:)