Het was of we 2014 via de nooduitgang verlieten. Gehaast, want als het jaar nog een maand langer zou duren, dan kon het wel eens niet goed aflopen. Blij dat we bijna in het veilige nieuwe jaar waren aangekomen, maakten we nog even wat lawaai met te zwaar vuurwerk, zongen luid over de liefde en maakten grimmige grappen over de pijn die ons met het jaar verbond. Na twaalven verbeterde de stemming snel. Voorbij oorlogen en honger, voorbij vliegtuigen die uit de lucht verdwijnen en veerboten gevuld met slaven die zinken terwijl de bemanning is gevlucht, voorbij statelozen zonder voedsel of onderdak en geliefden die niet willen scheiden en elkaar daarom vermoorden. Even, een paar uur, sliepen we onze roes uit in de veronderstelling dat het niet slechter kon en dus wel beter moest worden.
En ik? Ik was erg tevreden met het afgelopen jaar. Ik bleek er op 31 december 2014 365 dagen bij te hebben gekregen terwijl ik toch al een tijd op de K-lijst sta en elke dag geroepen kan worden. Over het jaar dat komt weet ik nog niets. Zal de bloedtest die ik volgende week onderga gunstig uitpakken? Wordt het een PSA-uitslag die me nog even tussen mijn geliefden laat vertoeven?
Zal ik aan het eind van dit nieuwe jaar nog in staat zijn de balans op te maken, lijstjes te maken van wat er goed ging in liefde, verbondenheid met de mensen rondom mij, werk, lichamelijke conditie? Kan ik in 2016 nog een hele nieuwjaarsdag kijken naar wat ik schreef om te weten welke zinnen nu de moeite waard waren en in mijn fotoarchief neuzen om te bekijken wat de mooiste foto was die in dat jaar maakte?
Het zijn onmogelijke vragen want onderzoekers die gebruik maakten van een statisch model lieten zien dat genetische aanleg een bescheiden rol speelt bij het ontstaan van kanker en dat een gezonde leefstijl wel enige invloed daarop kan hebben, maar dat het vooral domme pech is. Wat dan nog rest is het vrede sluiten met de gedachte dat de lengte van een leven met kanker bepaald wordt door het toeval. Hoe we echter ook Richard Dawkin´s religie vervangende filosofie aanhangen, het toeval is een vrijwel niet te verwerken concept voor de mens. We vertellen ons verhaal op basis van eenvoudige elementen. Er is een volgorde voor alles en oorzaak en gevolg dringen zich dan al snel op. Wat de verteller niet weet vult hij met enige creativiteit wel in. Zo krijgen zelfs kanker en dood een plek in onze vertelling.
In een Engels medisch weekblad wordt Luis Bunuel geciteerd over de beste dood. Volgens de Spaanse filmmaker is de dood aan kanker het prettigst omdat je wat tijd krijgt eraan te wennen, omdat je waarschijnlijk thuis kan overlijden, je niet van het ene op het andere moment er niet meer bent en je de martelgang van de dementie bespaard blijft. Je moet toch dood, dan maar liever aan kanker. Zelf overleed Bunuel aan pancreaskanker op 83-jarige leeftijd. Het is mooi praten als je zo oud wordt.
Ik schrijf nu al twaalf jaar lang elke week een stukje over de tocht naar mijn door de dokter aangekondigd einde en heb al meer dan 600 blogs geproduceerd. Ik moet vaak denken aan een film die ik niet echt leuk vond, maar met een briljante titel: The long kiss goodbye. Wie verwacht nu meer dan 500 stukken over de dood te schrijven en iemand die voorbij de 600 gaat moet wel helemaal een idioot zijn. Op een goed moment ben je toch helemaal niet meer bezig met schrijven over de dood, maar over het leven. En is dat niet het geheim van het verhaal? Dat de dood altijd in de coulissen staat terwijl wij proberen te leven en dat dit nu precies onze verhalen spannend maakt?
Wij speelden rond de kerstboom een spel dat mijn kleindochters ´luizen´ noemden. Het had er niets mee te maken, maar de taal is soms onbegrijpelijk. We kregen vier wasknijpers aan ons kleding vastgemaakt en speelden een soort tikkertje waarbij iedereen hem was. Als het moeilijk waren we vijf tellen veilig op een eigen kussen dat op de grond lag. Het was de bedoeling bij het tikken een wasknijper van een ander te pakken te krijgen. Op een goed moment rende ik snel terug naar mijn kussen om buiten het bereik van Kathelijne te blijven. Mijn kussen gleed over de parketvloer. Ik viel achterover en kwam terecht met mijn achterzijde op de hoek van een tafeltje. Het gevolg daarvan was een gat in mijn T-shirt en een bloederige schram op mijn rug. De meisjes kropen tegen me aan om me te troosten en Helena verwijderde snel bij iedereen de wasknijpers. Dat spelletje wilde ze niet meer spelen, want het was niet leuk voor opa.
Ik besefte dat als ik eerder heengegaan was en 2014 niet had meegemaakt ik nooit had geweten dat er meer mensen zijn dan ik vermoeden kon, die zo van me houden dat ze me in de gaten houden. Af en toe hun ogen op mij richten om me te helpen als het nodig is.
Ik stond op en wilde niets liever dan verder spelen.
Dank dat je jouw gedachten wilt delen
wat een mooie overweging Ivan! Vooral je laatste regels heel bijzonder.
Ivan, met dit soort verhalen blijf je eeuwig leven. Happy 2015 en veel genot en geluk samen met je lieve en knappe vrouw en je engelen van kleindochters!
Gelukkig ben je er nog niet tussen uitgeknepen. Houd moed en ga zo door!
Heerlijk om deze gedachten te kunnen delen en zeker om mensen om je heen te hebben die deze gedachten begrijpen.