Het hoge woord moet er maar eens uit. Mannen die behandeld zijn vanwege prostaatkanker kunnen daar een penisverkleining van op lopen. Penis is al een moeilijk woord – al het andere klinkt nog onfrisser, pielemans, jongeheer -, maar in combinatie met termen zoals klein, verkleining, kleiner, zit je midden in het taboewoordenboek van de mannelijke wereldburger.
Het is dat echte onderzoekers het eens grondig bekeken hebben en in een gedenkwaardig artikel zwart op wit hebben gezet, anders zou ik niet over dit moeilijke onderwerp begonnen zijn: “Some men complain about shortened penis after prostatecancer treatment”. 948 mannen die met hangende pootjes bij de uroloog terugkwamen toen bleek dat de behandeling niet had gezorgd voor de volledige verdwijning van de kankerdreiging werd gevraagd over de bijwerkingen die ze bij hun behandeling hadden gehad. Die mannen moesten er zelf over beginnen. Misschien vinden urologen het niet gepast zelf zulke vragen te stellen. Mogelijk zijn ze bang dat de patiënt zal denken: “Wat moet die enge kerel van me?” Ik weet het niet, maar 2,63 procent van de mannen dacht dat hun penis korter was geworden.
De mannen dachten het. Er was niet voor de behandeling een centimeterlat naast de piemel in slappe en in stijve toestand gelegd, waarna dit nog eens herhaald was na de behandeling. Dat gevoel trad vooral op bij het radicaal verwijderen van de prostaat of bij hormonale behandeling in combinatie met bestraling. Het is niet uitgesloten dat de betreffende heren zo gekwetst waren in hun mannelijke gevoelens dat het symbool van hun seksuele identiteit in de verbeelding was geslonken en dat het helemaal niet om een werkelijke miniatuur Jodocus ging.
Ik lees het artikel door en ben vooral nieuwsgierig naar hoe veel kleiner de trotse haan is geworden. Een achtste kleiner of de helft? Of misschien de omvang gekregen van een stevige clitoris? Helaas de urologen hebben slordig gewerkt geleverd. Ze weten eigenlijk niets, behalve dat een enkele man denkt dat het daar van onderen niet meer is zoals het vroeger was.
Ik denk dat ik het zelfs wel had kunnen vertellen. Zoveel van mijn kankerbroeders delen met mij hun wederwaardigheden dat ik het kan bevestigen. Het zijn dingen die je niet aan je arts vertelt. Waar zal je hem mee lastig vallen? Maar aan mij willen ze het soms wel verklappen. Een van hen had er zelfs een vrolijk lied over geschreven. Iemand anders was zo dik geworden door de behandeling dat zijn geslachtsdelen van boven af gezien helemaal uit zicht waren verdwenen. Dat is weer iets anders, maar in psychologische zin is dat het zelfde. Heren, alles gaat voorbij in het leven, ook uw seksuele hoogtijdagen.
Zelf was ik ook nieuwsgierig geworden. Ik zocht in mijn oude archieffoto’s en trof daar een foto waar we als gezin op een Frans nudistenstrand waren. Daar zag ik mijzelf toen ik dertig was. Wat was er veel veranderd sinds die tijd. Mijn haar was korter geworden, mijn buik wat voller, de snor was helemaal verdwenen, maar daar van onder, tja dat leek me ook wat geringer. Nog een keer goed kijken. Of zou ik het object van mijn zelfonderzoek zoals het nu is aan tien onbekende mensen moeten tonen, ze daarna de foto laten zien en ze dan te vragen “Welke is groter?”
Maakt het eigenlijk wat uit? De onderzoekers vinden van wel en met een slag halen ze daarmee de grootste troost van het herenvolk van tafel, namelijk dat het niet uitmaakt hoe groot hij is als je de liefde maar goed bedrijft. Juist dat houvast nemen ze ons af. De gekrompen pias zou volgens hen wel eens problemen kunnen opleveren bij de intimiteit.
Laten we het maar gewoon toegeven, het is niet meer wat het was na zo’n behandeling, en de vraag die we eigenlijk moeten beantwoorden of het ooit wat geweest is. Laten we dat ook maar zo vaak als mogelijk roepen, want dan zal iedereen denken “Goh, wat zal hij voordien dan geweldig geschapen zijn geweest.” Dan is er tenminste een verleden waarin je een rol had kunnen krijgen als mannelijke hoofdpersoon in een pornofilm.
Hallo Ivan,
een prachtig verhaal de piemel lengte. Even was ik ook terug in mijn jeugd waar we met vriendjes naar onze piemeltjes keken en betwisten welke groter of kleiner was.
De lengte van een piemel is natuurlijk persoonlijk en heel mijn leven heb ik er geen moment bij stil gestaan dat er ooit eens een artikel geschreven zou worden over de lengte van een piemel. Mij persoonlijk zegt de lengte van dit lichaamsdeel niet zo veel. Feitelijk telt alleen het functioneren,
Wat ik zelf bemerk is dat er een verschil is tussen jonge en oude dokters en dat vooral de jongere er redelijk makkelijk over praten. Deze ervaring geld vooral voor de radiotherapeuten, die af en toe vragen of je nog een erectie hebt.
Gr, Wim