Onze Minister van Gezondheidszorg Hugo de Jonge zei van de week op een congres: ‘In deze Instagramsamenleving lijkt de dood steeds minder bij de samenleving te horen. De palliatieve zorgbeweging moet helpen die dood een volwaardig onderdeel van het leven te laten zijn.’

Ik vind dat twee rare en lelijke zinnen. Wat is in hemelsnaam een instagramsamenleving? En waarom zou het uitwisselen van foto’s en filmpjes waarmee mensen zich proberen te presenteren aan vrienden, familie of zelfs mensen die ze helemaal niet kennen moeten bijdragen aan het accepteren van de dood? En die palliatieve padvinderij waar de minister het over heeft, wat moet ik me daarbij voorstellen? Gaat die van de dood een volwaardig onderdeel van het leven maken? Alsof de dood niet al overal aanwezig is. Laat die minister liever oproepen om met zijn allen kinderen van vluchtelingen die hier geboren zijn volwaardig onderdeel van de samenleving te maken. Dat is goed voor alle Nederlanders die voor ze doodgaan nog een zinvol leven willen hebben geleid, want dat is veel belangrijker dan de dood. U weet het toch? De dood is slechts de punt achter het leven. Veel meer kan je er niet van maken. Van het leven wel.

Het is toch al hinderlijk te beseffen hoe veel plaats de dood in ons leven heeft gekregen. Het wordt ons van alle kanten opgedrongen. Het is die hinderlijke angst voor de dood waar een hele economie op gebaseerd is. De industrie waar de minister van de melkbrigadiers van de dood geen enkele greep meer op heeft. Die begint bij het bewust maken dat het maar zo afgelopen kan zijn. Een bobbeltje in je borst, een kuchje, moeilijk plassen, wat bloed bij de ontlasting. Uitkijken mensen, het kan zo maar de dood zijn die aan de deur klopt. De K van kanker in het kaartspel met het leven. Een hogere is er niet, zelfs de Van Verliefdheid gaat er niet overheen, tenzij we er nog met een joker overheen kunnen, een medicijn dat nog geen week geleden in de moderne media (behalve op Instagram misschien) besproken werd en dat alle wonden heelt. Het schijnt een wonder van wetenschappelijk vernuft te zijn, want gisteren heeft iemand er een prijs voor gekregen.

Wees erop tijd bij, want dan zijn we de dood te slim af. Laat je screenen. Mensen die het grondig onderzocht hebben weten dat hoe we ook ons best doen, hoe vroeg we er ook bij proberen te zijn, screeningsprogramma’s geen extra levensjaren opleveren. Ze zijn gebaseerd op kansberekening en onderzocht door mensen die zo in cijfers geloven dat ze blind waren voor de realiteit. Zij zijn ook de grootste advocaten van het testen geworden, die niet graag naar de negatieve kanten kijken: De angsten die bij het bekend maken van de uitslagen van testen horen, de ingrepen die voor de ‘zekerheid’ ‘even’ ’beter’ gedaan kunnen worden, de geestelijke invalidering van een heel gezin. En als aan het slot de rekening opgemaakt wordt is de winst gering en de schade groot. Er staat alweer een nieuwe screening voor de gehele bevolking achter de deur te wachten. Nu voor longkanker. Al voor de resultaten van het NELSON onderzoek waarin naar de effectiviteit van zo’n screening wordt gekeken bekend zijn, hebben al twee van de vier hoofdonderzoekers het zinkend schip verlaten. Pogingen om nog wat met de opzet te goochelen om er toch nog iets anders van te maken hebben niets opgeleverd. Maar het komt er vast toch, want de angst voor de dood is alom tegenwoordig.

We verlangen niet zo zeer naar het eeuwige leven, maar naar de zekerheid dat we niet aan kanker of een andere vervelende ziekte sterven.

Daar gaat mijn boek ‘Overleven’ over, maar dat verschijnt pas volgend jaar. Het is niet zeker of ik dat meemaak. Of u beste lezer. Het maakt niet uit. Regelmatig wordt me gevraagd of het ‘Over leven’ is of ‘Overleven’. Het boek heet ‘Overleven’ en gaat dus over leven en alles wat erbij hoort, de angst voor de dood, het omhelzen van de grootste troefkaart in het spel met de dood, het leven, zo lang het maar kan. Was ik Minister, dan zou ik dat van de daken schreeuwen: Leef, leef, leef, gedraag u beschaafd ten opzichte van anderen, kies voor het goede en bekommer u niet om de dood. Die komt vanzelf. Daar kunt u zeker van zijn.